Over leren skiën en een oude baas.

Steile wanden gevuld met ijs, verlangen, uitdaging, lijden en voldoening, terug naar Chamonix, eindelijk. Maar Chamonix geeft zich niet zo gemakkelijk. De eerste hevige sneeuwval van het seizoen zette een streep door onze plannen. Niets geen klimmen, louter lawinegevaar.

Dan maar plan b, oftewel leren skiën.  Al jaren moet ik met enige regelmatig de met teleurstelling beladen uitspraak: Oh nee, dat gaat niet, jij kan niet skiën. aanhoren. Nu is het dan eindelijke zover. Op de babypiste trek ik de stoute schoenen aan en trek ik mijn eerste kromme strepen door de sneeuw.

Op de derde dag wordt ik bevorderd naar het niveau twee klasje en verruil ik de jonge skileraar met wie ik aardig kon lachen voor een oude baas met buikje en een neus die een voorliefde voor Schnaps verraad. Het verbaast me dan ook weinig als hij het na een uur les tijd vindt voor een Glühwein pauze. Omdat ik zelf ook niet bepaald vies ben van drankje en het met min 12 inderdaad aardig koud is en het lichaam wel wat warmte kan gebruiken sta ik al gauw naast hem de warme alcohol naar binnen te gieten.

Het duurt niet lang voordat ik mijn beeld van de oude baas rigoureus moet bijstellen. Hij is 77 jaar en de oudste actieve berggids van Chamonix. Ohja, hij heeft ook alle grote noordwanden van het Mont Blanc massief beklommen. Noordwand van de Grand Jorasses, check. Dan vertelt hij zijn naam; Ravanel. Ik schrik eventjes, gaat het hier om dé Ravanel die onder andere de Frendo-Ravanel op de Aiguilles Carées heeft geopend, de route waarvoor we onder andere naar CHamonix zijn gekomen, vraag ik direct. Hij moet lachen, neen, dat is zijn zoon!